De gewone trompetboom (Catalpa bignonioides) komt oorspronkelijk uit het warme en zonnige zuidoosten van de VS, maar wordt hier ook al enige tijd steeds meer gekweekt, voornamelijk als sierboom.

Waar moet een trompetboom worden geplant?
De ideale locatie voor een trompetboom (Catalpa bignonioides) is zonnig en beschut tegen de wind, met voldoende ruimte voor groei. De boom geeft de voorkeur aan voedselrijke, licht vochtige grond met een neutrale tot licht alkalische pH-waarde.
Zonnige locatie met veel ruimte heeft de voorkeur
De trompetboom heeft veel zon en warmte nodig en een plaats beschermd tegen de wind. De bladverliezende loofboom verdraagt direct zonlicht en warmte zonder problemen, maar is wel gevoelig voor vorst. Tenzij je een kleine cultivar zoals de boltrompetboom “Nana” wilt planten, moet je ook voor voldoende ruimte zorgen. De trompetboom kan tot 18 meter hoog worden en ontwikkelt een tamelijk uitgestrekte kroon.
voedselrijke, lichtvochtige grond is ideaal
In zijn thuisland is de bladverliezende boom voornamelijk te vinden op rivieroevers en uiterwaarden. Kies daarom in dit land ook voor een licht vochtige, zeer voedselrijke grond met een neutrale tot licht alkalische pH-waarde.
Tip
Hoewel beide planten een vergelijkbare naam hebben, moet je de trompetboom niet verwarren met de zeer giftige bloeiende struik Brugmansia (ook bekend als "engelentrompet").