De meeste kamerplanten hebben extra bemesting nodig om te kunnen gedijen. Bij vleesetende planten (carnivoren) is bemesting echter niet aan te raden. Het is waarschijnlijker dat de planten worden beschadigd en dat ze sterven. Ze voorzien zichzelf van voedingsstoffen.
Moeten vleesetende planten worden bemest?
Vleesetende planten mogen niet worden bemest, omdat ze zichzelf in de natuur van voedingsstoffen voorzien op voedselarme bodems. Bemesting kan hen zelfs schade toebrengen. In plaats daarvan hebben ze veel licht en voldoende vochtigheid nodig.
Waarom je vleesetende planten niet zou moeten bemesten
Vleesetende planten groeien op hun oorspronkelijke plek in de natuur op zeer voedselarme bodems. Daarom zijn ze uitgerust met vangtoestellen waarmee ze ook insecten kunnen vangen en verteren.
Het substraat dat wordt gebruikt om vleesetende planten binnenshuis te kweken bevat meestal al te veel voedingsstoffen. Daarom is het bemesten van carnivoren niet nodig, zelfs niet in de winter als er weinig insecten zijn.
Af en toe wordt aanbevolen om bekerplanten of Venus-vliegenvangers sterk verdunde orchideeënmest te geven. Dat is echter niet nodig.
Ondergrond jaarlijks vervangen
Een mengsel van turf, kiezelstenen en andere componenten wordt meestal gebruikt als substraat voor vleesetende planten. Turf breekt na verloop van tijd af, dus je moet vleesetende planten elk voorjaar verpotten.
Een grotere pot is alleen nodig als de oude plantenbak te klein is geworden voor de kluit (€ 27,00 op Amazon).
Haal de vleesetende plant voorzichtig uit de pot, schud het oude substraat er zo goed mogelijk af en plaats de plant in verse vleesetende grond.
Voed vleesetende planten niet te veel
Ook al spreekt het de meeste hobbytuiniers aan: je hoeft geen vleesetende planten te voeren. Als je nog steeds wilt zien hoe af en toe een vleesetende plant zijn prooi in de val lokt, overdrijf het dan niet.
Plaats alleen levende insecten en kleine dieren in de vallen, zoals:
- Muggen
- kleine vliegjes
- Fruitvliegjes
- Mieren
- kleine spinnen
Zorg ervoor dat de prooidieren niet te groot zijn. Voer niet te vaak en vermijd het aanraken van de vallen met uw handen. Als carnivoren vaak en verkeerd worden gevoerd, sterven de vangmechanismen. Hierdoor kan de plant afsterven.
Tip
Vleesetende planten hebben vooral veel licht en voldoende vocht nodig. Voor veel soorten is een plaats in een zuid- of westraam voldoende. Andere soorten hebben extra kunstlicht nodig.