Moerascipres als bonsai: verzorging, locatie en vormgeving

Inhoudsopgave:

Moerascipres als bonsai: verzorging, locatie en vormgeving
Moerascipres als bonsai: verzorging, locatie en vormgeving
Anonim

De moerascipres (Taxodium distichum) komt oorspronkelijk uit de moerassige Everglades in het zuiden van de VS en is botanisch gezien een sequoiaboom. De boom, die tot 35 meter hoog kan worden en een extreem lange levensduur heeft, was zo'n 200 miljoen jaar geleden al wijdverspreid in het Jura-tijdperk. De robuuste moerascipres is ideaal voor het kweken van bonsai.

Hef kale cipres op
Hef kale cipres op

Hoe verzorg ik een kale cipres-bonsai?

Voor een moerascipres-bonsai heb je een zonnige en luchtige buitenlocatie, vochtige, leemachtige grond en regelmatige watergift met kalkarm water nodig. Tussen mei en september elke 6-8 weken snoeien, tijdens het groeiseizoen bemesten en elke 3 jaar verpotten.

Locatie en ondergrond

Houd uw moerascipres indien mogelijk het hele jaar door buiten, omdat de boom veel zon en lucht nodig heeft. Daarnaast is deze bonsai behoorlijk winterhard, maar dient wel voorzien te worden van een lichte winterbescherming (bijvoorbeeld bladeren, struikgewas) en op een beschutte plaats geplaatst te worden. De meest vochtige, leemachtige grond die water goed vasthoudt, is geschikt als substraat. Als bewoner van de Everglades heeft de moerascipres geen last van wateroverlast, integendeel: de beste plek is een plekje vlak naast of zelfs in water, bijvoorbeeld in een tuinvijver.

Water geven en bemesten

Moerascipressen moeten altijd vochtig worden gehouden en mogen niet uitdrogen. Het substraat moet idealiter worden bedekt met mos of mulch om uitdroging te voorkomen. Daarom moet de bonsai altijd royaal worden bewaterd en in de zomer in een ondiepe kom met water worden geplaatst. Gebruik bij het watergeven regenwater met zo min mogelijk kalk en spuit over de gehele plant. Anders wordt de boom tijdens de groeiperiode voorzien van een vloeibare bonsaimeststof op organische basis (€ 16,00 op Amazon).

Snijden en bedrading / vormgeven

Voor de typische bonsaivorm moeten takken, twijgen en scheuten tussen mei en september ongeveer elke zes tot acht weken worden geknipt. De gewenste groeiwijze bereik je door te bekabelen met aluminiumdraad, al moet je bij de moerascipres wel heel voorzichtig zijn. De takken zijn nogal broos en kunnen daarom niet te veel bewerkt worden. Verwijder de draad uiterlijk half mei, anders zal het begin van de dikke groei lelijke vlekken achterlaten op de takken en twijgen.

Verpotten

De moerascipres groeit vrij langzaam en hoeft daarom slechts ongeveer elke drie jaar te worden verpot. Om het evenwicht tussen kroon- en wortelgroei te behouden, moeten de wortels zeker worden gesnoeid. De ideale plantenbak is ongeveer tweederde zo groot als de hoogte van de boom. Het juiste moment om te verpotten is de lente, hoewel je de boom in september nog kunt verpotten.

Tip

Moerascipressen zijn niet alleen vanwege hun uiterlijk, maar ook vanwege hun robuustheid zeer geschikt voor bonsai. Schimmelziekten en plagen zijn zeer zeldzaam.

Aanbevolen: