Bijna elke plant vormt na ontkieming twee zaadlobben. Pas dan komen de normale, voor de plant typische bladeren tevoorschijn. Bij het planten is voorzichtigheid geboden, omdat de zaadlobben zeer gevoelig zijn. Ze breken gemakkelijk en tolereren geen temperatuurschommelingen of extreme droogte.
Hoe plant ik zaadlobben?
Cotyledons moeten voorzichtig uit het substraat worden getrokken en in speciale potgrond worden geplant op ongeveer dezelfde afstand als hun diameter. De wortels moeten recht zijn en de stengel mag niet bedekt zijn met aarde. Zaadlobben hebben voldoende licht nodig en moeten worden beschermd tegen vriestemperaturen.
Welk substraat is geschikt voor zaadlobben?
Zaadlobben halen hun voedingsstoffen uit de zaden. Daarom heb je geen voedzame grond nodig - integendeel, als het substraat veel voedingsstoffen bevat, leidt dit tot oververzadiging.
Speciale potgrond is daarom geschikt als plantsubstraat voor zaadlobben (€ 6,00 bij Amazon). Omdat de zaadlobben van sommige plantensoorten zeer snel rotten, wordt gesteriliseerde grond aanbevolen.
Wanneer is de beste tijd om te planten?
De meeste zaadlobben hebben veel licht nodig. Daarom worden de zaden vrijwel altijd in het voorjaar gezaaid, zodat de zaadlob voldoende daglicht krijgt.
Bij het zaaien van vetplanten kun je een later seizoen kiezen, zolang je maar voor voldoende licht zorgt.
Welke locatie is geschikt?
Omdat zaadlobben nog steeds erg gevoelig zijn, worden ze meestal gekweekt in zaadbakken of potten. Deze worden op een plaats geplaatst waar ze niet worden blootgesteld aan sterke temperatuurschommelingen. Afhankelijk van het type plant mogen de temperaturen niet te laag zijn. Vorst is in ieder geval schadelijk.
Welke afstand moet worden aangehouden?
De plantafstand is afhankelijk van de grootte van de zaadlobben. Het moet ongeveer even groot zijn als de zaailing zelf.
Hoe plant je zaadlobben correct?
Maak voorzichtig de grond los waarin de zaadlobben hebben gegroeid. Hiervoor is een keukenvork of een houten stok geschikt. Pak de zaadlob voorzichtig vast bij de stengel met een pincet en trek hem langzaam uit het substraat.
Plaats een gat in de voorbereide zaadtrays en plaats de zaadlobben zo dat de wortels niet worden gebogen. De stengel van de zaadlob mag niet bedekt zijn met aarde.
Duw wat aarde voorzichtig aan met je vinger en druk het heel licht aan, zodat de zaadlobben voldoende steun hebben. Stabiliseer het indien nodig met een stok.
Tip
Zaadlobben zijn erg gevoelig. Als je ze transplanteert, verdragen ze het niet goed. Het planten van zaadlobben mag daarom alleen worden gedaan als dit onvermijdelijk is, bijvoorbeeld omdat u de zaden te dicht heeft gezaaid.