Als de wegedoorn eenmaal een geschikte standplaats heeft, is hij heel gemakkelijk te verzorgen. Hier kunt u ontdekken aan welke omstandigheden de grote struik vooral waarde hecht.
Waar moet de wegedoorn geplant worden?
De ideale locatie voor een wegedoornboom is in gedeeltelijk schaduwrijke, vochtminnende omgevingen zoals schaarse bossen, taluds en uiterwaarden. Het geeft de voorkeur aan verse tot natte grond met een zure pH en gedijt op leem, zand of klei.
Basisvereisten voor de site
Lichte bossen, dijken, uiterwaarden en berkenmoerassen zijn de natuurlijke habitats van de wegedoorn. De struik is vochtminnend. Daarom voelt het zeer comfortabel aan de oever van een vijver of beek. Hij is blij met verse tot natte grond, maar het hoeft niet nodig te zijn. Een iets drogere standplaats is ook prima. De wegedoornboom gedijt het beste in halfschaduw, maar past zich ook goed aan de volle zon aan.
Praktisch: De grote struik stelt geen hoge eisen aan de exacte grondsoort. Hij gedijt op leem, zand of klei, mits de pH-waarde zuur is.
De groeifactor
De wegedoornboom kan twee tot drie meter hoog worden - onder extreem goede omstandigheden tot zeven of acht meter. Houd hier rekening mee bij het planten van de struik. Door regelmatig te snoeien kunt u de wegedoorn echter op de gewenste hoogte houden.