De meeste kruiden geven de voorkeur aan een zonnige plek in de tuin, omdat ze hun rijke aroma's alleen ontwikkelen met licht en warmte. Er zijn echter ook een hele reeks soorten die zich heel goed kunnen aanpassen aan gedeeltelijk beschaduwde of zelfs schaduwrijke plaatsen.

Welke kruiden groeien in de schaduw?
Kruiden die goed gedijen in de schaduw zijn waterkers, klaverzuring, wilde knoflook, knoflookmosterd, paardenstaart en pepermunt. Munt, lokale keukenkruiden zoals peterselie en bieslook, wilde kruiden zoals weideknop en moerasbloem, maar ook goudsbloemen en geurige viooltjes zijn geschikt voor halfschaduw.
Kruidentuin in halfschaduw
De keuze voor een gedeeltelijk schaduwrijke kruidentuin is nog steeds erg groot, al kun je vooral vertrouwen op inheemse soorten. Maar sommige soorten mediterrane kruiden verdragen ook lichte halfschaduw, dus het kan de moeite waard zijn om op het rasetiket te kijken. We raden deze kruiden echter vooral aan voor het kweken in lichte halfschaduw:
- verschillende pepermuntjes (bijv. pepermunt, sinaasappelmunt, beekmunt, krullende munt)
- lokale keukenkruiden zoals peterselie, bieslook, kervel, moerasspirea, lavas en dille
- Wilde kruiden zoals weideknop, moerasmos, daslook of woodruff
- evenals goudsbloemen en geurige viooltjes
Kruidentuin in de schaduw
Er is ook een kleine selectie kruiden voor diepe schaduw die voornamelijk in bossen groeien en daarom van nature afhankelijk zijn van weinig licht. Hiertoe behoren bijvoorbeeld waterkers, zuring, daslook, knoflookmosterd en paardenstaart. De weelderige groene pepermunt, die tot 80 centimeter hoog wordt, gedijt ook goed in de schaduw. Maar wees voorzichtig: de genoemde soorten hebben de neiging zich te wild te verspreiden en moeten daarom gehinderd worden in hun uitbreidingsdrang. Overigens: een locatie wordt als schaduwplek beschouwd als deze minder dan vier uur per dag aan de zon wordt blootgesteld.
Bodemvereisten
Kruiden die gedijen in halfschaduw of schaduw stellen een aantal eisen aan de toevoer van voedingsstoffen. Meng vóór het planten de tuingrond (die ook zo humus of leemachtig mogelijk moet zijn) met veel compost. Dit dient als voedingsreserve en verbetert tegelijkertijd het waterhoudend vermogen van het substraat. Geef je kruiden twee keer per jaar een flinke schepje compost als meststof. Als alternatief kunt u ook hoornschaafsel (€ 32,00 op Amazon) of andere langzamer stromende meststoffen gebruiken. Zorg er daarnaast voor dat de grond altijd licht vochtig is.
Tip
Overal waar je een geurig groen gebied wilt creëren op een schaduwrijke plek in plaats van op een gazon, kun je tapijtvormende pepermuntjes gebruiken. Het tapijtpoliment is bijvoorbeeld zeer geschikt en verdraagt zelfs stoten. Corsicaanse munt kan hiervoor ook gebruikt worden, maar is bij ons niet altijd volledig winterhard.