Fruitbomen worden meestal vermeerderd door middel van enten, zodat de gewenste variëteit uit de rijst ontstaat. Er zijn echter ook andere methoden die ook van fundamenteel belang zijn voor het enten, bijvoorbeeld om een geschikte onderstam te kweken.
Hoe fruitbomen vermeerderen?
Fruitbomen kunnen worden vermeerderd door enten, zaadteelt en vegetatieve vermeerdering (stekken en stekken). Hoewel enten rasechte planten oplevert, zijn zaailingen geen variëteit. Vegetatieve vermeerdering levert planten op die identiek zijn aan de moederplant.
Groeien uit zaden
De meeste fruitbomen kunnen niet als één soort uit zaden worden gekweekt, omdat ze - vooral appel- en perenbomen - vaak zelfonvruchtbaar zijn en daarom een tweede, geschikte variëteit nodig hebben voor bemesting. Na bestuiving door de wind of door insecten en daaropvolgende bevruchting ontstaat er een vrucht met kiembare zaden. Deze bevatten echter de genetische samenstelling van beide ouderplanten en zijn daarom niet uniform. Planten verkregen door het zaaien van deze zaden zijn daarom niet rasecht. Ze worden wildlingen of zaailingen genoemd. Zelfs zelfbestuivende fruitvariëteiten, zoals de meeste perziken en pruimen, worden niet door zaaien vermeerderd, omdat het niet zeker is dat ze zullen vallen volgens de variëteit.
Maar zaailingen hebben ook andere nadelen:
- Ze groeien erg snel als ze jong zijn en kunnen erg groot worden.
- Maar ze fruiten later - je moet lang wachten op fruit.
- Bovendien kan ongewenste stekeligheid optreden.
Aseksuele voortplanting
Aseksuele voortplanting uit plantendelen wordt ‘vegetatieve voortplanting’ genoemd. Als een ander ras als onderstam voor aseksuele vermeerdering wordt gebruikt, dat wil zeggen verfijnd, wordt dit door deskundigen “xenovegetatieve vermeerdering” genoemd. De planten die voortkomen uit ongeslachtelijke voortplanting zijn identiek aan de moederplant.
Stekken
Vermeerdering door stekken vindt plaats tijdens de periode van slapende vegetatie, ongeveer tussen november en februari. Daarbij knip je eenjarige scheuten af die ongeveer zo dik zijn als een potlood en 15 tot 25 centimeter lang moeten zijn. Je moet ook op het hout markeren waar het boven en beneden is. Als het stekhout ondersteboven wordt geplaatst, zal het niet groeien - omdat dan de wortels zich in de kruin zouden moeten vormen. Tot het snijden worden de stekken zo koel en donker mogelijk bewaard in een lichtvochtig substraat (€ 6,00 bij Amazon). Het planten zelf vindt plaats in het voorjaar, hetzij rechtstreeks in de voorbereide volle grond, hetzij in plantenbakken onder glas.
Stekken
In tegenstelling tot stekken worden stekken direct geplant. De beste tijd voor dit soort voortplanting is het late voorjaar en de vroege zomer. Snijd vervolgens vers gekiemde, maar toch al stevigere scheutdelen met een lengte van ongeveer 10 tot 15 centimeter van de te vermeerderen planten. Verwijder de onderste bladeren en plaats de scheuten in onbemeste potgrond. Het is belangrijk dat het substraat altijd licht vochtig gehouden wordt.
Tip
Een andere vorm van vermeerdering is het verwijderen van mos, waarbij in korte tijd behoorlijk grote planten kunnen worden gekweekt. Deze methode wordt voornamelijk gebruikt in de bonsaiteelt.