Papajabloem: Fascinerende eigenschappen en kweekmethode

Inhoudsopgave:

Papajabloem: Fascinerende eigenschappen en kweekmethode
Papajabloem: Fascinerende eigenschappen en kweekmethode
Anonim

Papayaplanten hebben een boomachtige groeiwijze, maar worden botanisch gezien geen struik of boom genoemd. De plant uit de meloenfamilie (Caricaceae) komt waarschijnlijk oorspronkelijk uit Mexico en produceert al een jaar na het zaaien zijn eerste bloemen en vruchten.

Papaja bloesem
Papaja bloesem

Hoe ziet een papajabloem eruit en hoe gebeurt de bevruchting?

De papajabloem is een kleine, stervormige bloem in verschillende crèmekleurige tinten. Het verschijnt na ongeveer 10 tot 14 maanden en groeit op het litteken van afgevallen bladeren op de ‘stam’ van de plant. Papajaplanten kunnen eenhuizig of tweehuizig zijn, waarbij bevruchting in tweehuizige exemplaren één mannelijke en één vrouwelijke plant vereist.

Bijzondere kenmerken van de papajabloem

Van de verschillende soorten papaja zien de papajabloemen er ook heel anders uit. Deze kunnen ook verschillende tinten crèmekleuren hebben, van helderwit tot gele tinten. De voornamelijk gekweekte soort Carica-papaja draagt kleine bloemen met een stervormige bloemblaadjesschikking, waarvan de vorm doet denken aan een draaiende windturbine. Wat alle papajasoorten gemeen hebben is de plaatsing van de bloemen op de ‘stengel’ van de plant, elk op de bladlittekens van bladeren die al zijn afgestoten.

Van papajabloemen tot fruit

Als je gekochte papaja's thuis voldoende laat rijpen, kun je zelf uit de zaden kweken en ze later in een pot planten. Na ongeveer 10 tot 14 maanden kunnen deze jonge planten hun eerste bloemen en dus ook vruchten dragen. Vanwege het gebrek aan winterhardheid in dit land zijn de volgende teeltsoorten mogelijk:

  • als kamerplant binnen of in wintertuinen
  • als potplant op het balkon
  • als potplant op terras en in de tuin

Tips en trucs

Er zijn zowel eenhuizige als tweehuizige papajasoorten. Bij eenhuizige soorten is zelfbevruchting via wind en insecten soms mogelijk; bij tweehuizige exemplaren zijn één vrouwelijke en één mannelijke plant nodig voor de bevruchting.

Aanbevolen: