De wilde appel wordt steeds zeldzamer, maar veel natuurliefhebbers ontdekken de voordelen van deze soort en planten ze in de tuin voor een natuurlijk karakter. Iedereen die rekening houdt met de gevoelige eisen van de locatie profiteert van de ecologische en esthetische voordelen.

Waarom is de wilde appel een goede haagplant?
De wilde appel is ideaal als haagplant in natuurlijke tuinen, vooral in losse windschermhagen samen met meidoorn, hondsroos, kopersteenpeer, sleedoorn, moerbei en kornoeljekers. De ecologische en esthetische waarde ervan vergroot de aantrekkelijkheid van de haag nog verder.
Locatie
De Latijnse naam Malus sylvestris, wat bosappelboom betekent, geeft een indicatie van de natuurlijke habitat. De wilde appel leeft in de randen van moeras- en oeverbossen en op steenachtige berghellingen. De crabapple is inmiddels zeldzaam van aard geworden omdat de groeiomstandigheden ervoor sinds de jaren zestig steeds ongunstiger zijn geworden. De zaden hebben warme grond en een omgeving met weinig concurrentie nodig om te ontkiemen. Ze worden snel verdrongen door de snelgroeiende vegetatie.
De ideale plek in de tuin:
- zonnige locaties
- luchtige locatie
- lichtoverstroomd gebied
Hegontwerp
Vanwege zijn zwakke concurrentiekarakter is de wilde appel geschikt als solitaire boom. Door zijn lage hoogte en uitgestrekte kroon is de crabapple de ideale haagplant. Hij verdraagt snoei goed, maar wordt vanwege de lage groei niet aanbevolen voor dichte privacyhagen. Malus sylvestris is ideaal als losse windschermhaag.
De struik voelt bijzonder comfortabel aan als hij zich ongestoord kan verspreiden. Daarom mag hij niet ontbreken in de natuurlijke tuin. Je moet de krabappel aan zijn lot overlaten, zodat hij zich mooi ontwikkelt. Het hout harmonieert met meidoorn en hondsroos in een bloemrijke vogelbeschermingshaag. Naast kopersteenpeer, sleedoorn, moerbei en kornoeljekers komt hij uitstekend tot zijn recht.
Ecologische en esthetische waarde
De wilde appel ontwikkelt in de lente talloze bloemen, waarvan de bloemblaadjes roze tot wit gekleurd zijn. Ze trekken talloze wilde bijen en hommels aan. De wilde appel wordt beschouwd als een bestuiverboom voor de gecultiveerde appel.
De vruchten rijpen in de herfst en transformeren de boom in een aantrekkelijke struik met groene tot gele en soms rode appels. Ze bereiken een diameter van 3,5 centimeter en kunnen geoogst en verwerkt worden. Als je het fruit laat hangen, bied je vogels een rijkelijk gedekte tafel. Deze zijn gespecialiseerd in fruit en zaden, voornamelijk tijdens de wintermaanden, omdat er op dit moment geen insecten vliegen.
Hoe fruit te gebruiken:
- voor het maken van sap
- voor de productie van gelei en jam
- drogen