Het is niet voor niets dat de olifantenpoot als gemakkelijk te verzorgen en robuust wordt beschouwd. Vooral als de plant zich niet lekker voelt, komen plagen vaak voor en ziekten komen slechts zelden voor. Dit maakt de olifantenvoet aantrekkelijk voor beginners.
Welke plagen komen voor op de poot van de olifant en hoe bestrijd je ze?
Potentiële plagen op olifantenpoten zijn onder meer spint, schildluis, wolluis en trips. Om dit tegen te gaan, kunt u geïnfecteerde bladeren besproeien met water of zeepoplossing gebruiken. Een hogere luchtvochtigheid voorkomt nieuwe plagen.
Welk ongedierte kan ik op de voet van de olifant vinden?
Zolang uw olifantenpoot goed wordt verzorgd op een geschikte locatie, hoeft u zich geen zorgen te maken over ongedierte. Zo nu en dan verschijnen er spintmijten of schildluis, maar ook trips of wolluis kan voorkomen. Let vooral bij het kopen op eventueel ongedierte, want je weet niet hoe de olifantenpoot werd verzorgd en of de ligging optimaal was.
Je kunt een wolluisplaag gemakkelijk herkennen aan het web, dat doet denken aan kleine wattenbolletjes. Spintmijten openbaren zich door hun fijne webjes aan de bladrand of in de bladoksels. Tripsen kun je zien als kleine donkere puntjes.
Mogelijk ongedierte op olifantenvoet:
- Spidermijten
- Schidlice
- wolluis
- Thrips
Wat kan ik doen tegen ongedierte?
Als je olifantenpoot slechts licht besmet is met ongedierte, probeer hem dan af te spoelen. Een relatief krachtige waterstraal verdrijft de onaangename dieren. Om te voorkomen dat de grond en de wortels te nat worden, plaats je de pot in een plastic zak voordat je de olifantenpoot besproeit met water op kamertemperatuur.
Als de besmetting ernstig is, is zuiver water mogelijk niet langer voldoende. Hier kunt u een beetje afwasmiddel of zeep aan het water toevoegen. Ook biedt de handel enkele chemische middelen tegen ongedierte aan, zoals speciale sierplantenspuiten of gecombineerde bemestingssticks, die ook een middel tegen ongedierte bevatten.
Om ervoor te zorgen dat er in de toekomst geen ongedierte meer verschijnt, moet de besmetting eerst effectief worden bestreden. Om dit te doen, kunt u individuele geïnfecteerde planten isoleren, zodat naburige planten niet geïnfecteerd kunnen raken. Houd na een succesvolle bestrijding de luchtvochtigheid zo hoog dat de diverse plagen zich daar niet meer op hun gemak voelen. Sommigen geven de voorkeur aan droge lucht.
Tip
Sommige plagen, zoals spintmijten of schildluis, komen vooral voor in droge (verwarmde) lucht. Het verhogen van de luchtvochtigheid verdrijft het ongedierte en beschermt tegen herbesmetting.