Kruiden stellen soms heel verschillende eisen als het gaat om standplaats en bodem. Zonhongerige en warmteminnende soorten houden meestal van arme grond, anderen geven de voorkeur aan vochtige, humusrijke grond en halfschaduw.

Welke locatie is geschikt voor een kruidentuin?
De optimale locatie voor een kruidentuin varieert afhankelijk van de plant: mediterrane kruiden zoals salie en lavendel hebben volle zon, droge grond en warmte nodig, terwijl pepermuntjes de voorkeur geven aan vochtige grond en halfschaduw. Subtropische kruiden zoals basilicum gedijen goed in warme kassen of wintertuinen.
Elk kruid heeft verschillende voorkeuren
Mediterrane kruiden zoals salie, tijm, rozemarijn, wijnruit en lavendel houden van warmte, droogte en volle zon. Daarom krijgen ze de warmste en droogste plek in de tuin. Ook zijn deze soorten enigszins vorstgevoelig en dienen daarom enigszins beschermd gehouden te worden. Andere kruiden hebben daarentegen een neutrale, humusrijke en frisse grond nodig. Ze groeien het beste in gemengde cultuur in het tuinbed. Deze omvatten bijvoorbeeld karwij, venkel, bernagie, goudsbloemen, mosterd, bonenkruid, peterselie en bieslook. Munt daarentegen houdt van vochtige grond en halfschaduw. Subtropische soorten zoals citroengras, gember, basilicum of chili hebben daarentegen behoefte aan lichte schaduw maar ook aan veel warmte. Ze kunnen het beste worden bewaard in een warme kas of wintertuin.
Tip
Vooral lavas en engelwortel groeien uit tot enorme, schaduwrijke planten en hebben ook veel voedingsstoffen en vocht nodig. Ze kunnen het beste in hun eigen bed worden gehuisvest.