De echte lavendel (Lavandula angustifolia), ook wel bekend als grote of echte strik, nardus of spieke, wordt vooral gewaardeerd om zijn aromatische geur en zijn mooie bloemen. De plant kan echter ook gebruikt worden om veel gerechten op smaak te brengen (bijvoorbeeld lamsvlees) of als geurig badmiddel.
Wat is echte lavendel?
Lavendel (Lavandula angustifolia) is een aromatische plant met blauwe of paarse bloemen die bloeien van juli tot september. Het komt uit de mediterrane landen en bevat essentiële oliën die kalmerende en krampstillende effecten hebben. Lavendel wordt ook in de keuken gebruikt om gerechten op smaak te brengen.
Botanisch profiel
Lavendel behoort tot de muntfamilie (Lamiaceae). De penwortel reikt diep in de grond. De plant vormt een vertakte onderstruik van 30 tot 60 centimeter hoog, waarvan de oudere takken houtachtig zijn. De jonge scheuten zijn daarentegen grijsgroen van kleur en vierkant. Lavendel heeft langwerpige, smalle, naaldachtige bladeren die zilvergrijs van kleur zijn. Deze bladkleur is een indicatie van de mediterrane oorsprong van lavendel, omdat het dient als bescherming tegen de zon – vergelijkbaar met de zilverachtige bladeren van de olijfboom. De geurige blauwe of paarse bloemaren verschijnen van juli tot september op lange stelen.
Huis en distributie
Lavendel komt uit de Zuid-Europese mediterrane landen, waar hij in het wild groeit op rotsachtige en droge hellingen. Benedictijner monniken brachten het kruid ooit over de Alpen; tegenwoordig is het inheems in talrijke tuinen in West- en Noord-Europa als een geurige en medicinale plant. De Franse Provence is vooral bekend als het “Land van de Lavendel”, waar een tapijt van blauwe en paarse bloemen elk jaar het landschap bedekt als het in bloei staat.
Speciale varianten
Echte lavendel is verkrijgbaar in verschillende soorten en kleuren:
- Hidcote Blue (donkerblauwe bloemen, goed voor heggen)
- Blauw kussen (compacte struik)
- Munstead (vroeg bloeiend)
- Miss Katherine (, laat bloeiend, roze bloemen)
- Rosea (ook roze bloemen)
- Alba (wit bloeiend)
- Mailette (rijk en langdurig bloeiend, sterk aroma)
- Lady (compacte struik met weelderige bloemen)
Ingrediënten en smaak
De plant bevat voornamelijk veel essentiële oliën. Verder zijn er tannines en bitterstoffen, flavonoïden, coumarines en rozemarijnzuur. Lavendel heeft een kalmerende, krampstillende en zenuwversterkende werking. Het geurkruid heeft een bekende frisse, kruidige geur. Het smaakt een beetje zuur en bitter, vergelijkbaar met rozemarijn. Jonge bladscheuten zijn geschikt als onderscheidende smaakmaker voor vis, gevogelte, stoofschotels, schapenvlees, soepen en sauzen.
Historisch gebruik
Hoewel lavendel inheems is in de landen rond de Middellandse Zee, speelde het in de oudheid geen speciale medicinale rol. De naam is afgeleid van het Latijnse woord voor ‘wassen’, ‘lavare’, omdat de zuivere Romeinen hun badwater op smaak brachten met dit kruid. Pas voorbij de Alpen verwierf lavendel bekendheid en ontwikkelde zich tot een zeer gewaardeerd kruid in diverse klooster- en boerderijtuinen. Lavendel werd in de afgelopen eeuwen beschouwd als een vorm van bescherming tegen infectieziekten, bijvoorbeeld omdat de geur ziekteverwekkende luizen op afstand hield.
Tips en trucs
Gedroogde lavendelboeketten worden al sinds de oudheid in de linnenkast geplaatst. Ze verspreiden daar niet alleen hun aangename geur, maar verdrijven ook de motten.